Fleur komt binnen. Ze is bevallen en heeft een totaal ruptuur gehad. Ze is keurig gehecht op de operatiekamer maar in de kraamperiode heeft ze onderweg naar de babykamer haar ontlasting verloren. Ze was vreselijk geschrokken. Ze is zelf wijkverpleegkundige en begrijpt niet hoe dit kon gebeuren. ‘Ik had het niet in de gaten en voor ik het wist zat het allemaal in mijn ondergoed. Ik moet over drie weken weer aan het werk en ik word misselijk bij het idee dat het tijdens mijn werk gebeurt, hoe moet dat nu?’
Max is een prachtige baby, maar het ongelukje overschaduwt veel. Ze heeft nog niet gewandeld met Max, althans niet verder dan de supermarkt op de hoek.
Het urineverlies valt gelukkig mee, alleen maar als ze nodig moet en te lang gewacht heeft. Ze is nu 10 weken na de bevalling.
‘Hoe gaat het met ontlasten?’
Ik heb dan pijn in mijn buik. Als ik dan naar de wc ga pers ik heel hard maar dan komt er helemaal niets. Ik zit dan een half uur op het toilet en als ik geluk heb komt er dan uiteindelijk wel iets. Maar dan heb ik daarna weer pijn door het persen.
‘Voel je aandrang om te poepen?’
Nee. Ik voel daar niets. Maar zodra ik pijn in mijn buik heb weet ik dat ik moet gaan.
Bij het lichamelijk onderzoek blijkt de sluitspier krachtig genoeg en wijst niets op schade. Fleur kan goed de bekkenboden aanspannen. Met ontspannen heeft ze wat meer moeite. Het lukt wel maar het duurt drie keer langer dan nodig is.
En dan kijken we verder. Want waarom voelt Fleur de vulling van de darm niet? Is er dan toch schade aan de zenuwen?
De bekkenfysiotherapeut heeft een eenvoudige manier om erachter te komen wat ze voelt in het rectum. Hoeveel vulling is er nodig voordat ze besluit naar een toilet te gaan?
We gebruiken hiervoor een ballonnetje, een rectale ballon. Als het ballonnetje leeg is ingebracht via de anus wordt het ballonnetje gevuld met lucht.
Als de ballon langzaam gevuld wordt stel ik haar drie vragen:
1. ‘kun je aangeven wanneer je vulling voelt?’
2. ‘geef nu aan wanneer je zoveel aandrang voelt dat je naar het toilet zou willen gaan.’
3. ‘tot slot, geef nu eens aan wanneer je denkt dat je NU naar de wc wilt omdat je het niet meer kunt ophouden’.
Natuurlijk zijn daar waardes voor, zeg maar de waardes die we normaal vinden, die onderzocht zijn in de wetenschap.
Maar bij Fleur was het allemaal heel anders. Haar eerste gevoel van vulling was net zoveel als de waarde die stond voor ‘ik wil NU naar de wc!’ Kortom veel te laat.
We zijn daarna in de behandeling met dezelfde ballon gaan oefenen. Concentratie op wat ze voelde, net zo lang tot het kwartje viel. En eigenlijk ging dat redelijk snel. Fleur kwam tot de ontdekking dat ze zo bang was om wat te verliezen dat ze ging luisteren naar de darmen in haar buik en niet meer naar de vulling van het rectum. Dan was ze er tenminste altijd op tijd bij. Met alle gevolgen van dien.
Fleur kreeg het snel te pakken en na een paar keer oefenen met de ballon kwam ze terug. ‘Ik voel het! Ik voel dat mijn rectum zich vult en als ik dan naar de wc ga hoef ik niet eens te persen en komt alles er normaal uit! Geweldig!’
Naast de ballon heeft Fleur natuurlijk in die behandelperiode ook geleerd om de bekkenbodem te ontspannen tijdens het poepen en dat bleek ze goed in de praktijk te kunnen brengen.
Inmiddels is Fleur weer aan het werk. Rustig gestart met niet teveel tilwerk maar na een paar weken kon ze haar totale werk weer met veel plezier uitvoeren.
Ben jij altijd op tijd? Voel je als je rectum vol zit en ben je dan op tijd op het toilet?
Marijke Slieker