Ik heb eens op uitnodiging van de kring van logopedisten een praatje gehouden over de bekkenbodem. Bekkenfysiotherapeuten werken op individuele basis soms met een logopedist, maar het is vooral bij logopedisten nog een onbekend gebied. Grappig genoeg was de eerste opmerking dan ook: leuk dat je komt, maar wat heeft jouw vak nou met ons vak te maken? Toch was men nieuwsgierig en kon ik in korte tijd iets vertellen over de bekkenbodem, de functie en het feit dat een bekkenbodem zowel over- als onderactief kan zijn.
Als we goed naar de anatomie kijken van de stembanden, diafragma en bekkenbodem zijn er toch wel veel gelijkenissen te bespeuren.
Logopedisten leren mensen van alle leeftijden o.a. te spreken met een goede ademtechniek die vaak verstoord wordt door veel spanning of door verkeerd gebruik.
Ademen doen we zonder na te denken, maar als we er eens goed op letten zien we dat de inademing drie kanten uit gaat: naar de boven- en de zijkant (ribben zetten uit) en naar beneden (buik bolt licht op).
Herkennen we dat allemaal niet? Als je gespannen bent, ga je sneller ademen, is er geen lage buikademhaling meer en slaat je stem soms over.
Soms praat je misschien wel met een wat samengeknepen gevoel in je keel. Zien we ook wel eens dat iemand nerveus staat te kuchen voor de microfoon voordat die persoon kan starten?
Ook ons middenrif (diafragma) speelt een belangrijke rol bij onze ademhaling en vormt net zo’n halve kom als de bekkenbodem, maar dan omgekeerd: met de bolle kant naar boven terwijl de bekkenbodem een trechter vormt met de bolle kant naar beneden. Beide moeten goed ten opzichte van elkaar functioneren en als we nergens last van hebben gebeurt dat ook.
Maar vaak zien we dat een overactieve bekkenbodem ook veel spanning oplevert in ons middenrif.
Recent is er een studie verschenen waarbij de standaard behandeling bij kinderen die moeite hadden met normaal plassen door een overactieve bekkenbodem vergeleken met dezelfde therapie die aangevuld was met diafragmale ademhalingsoefeningen. De tweede groep bleek het beduidend beter te hebben gedaan. Voor de logopedisten was dit een grote verrassing. Zij behandelen vaak ook kinderen met spraakproblemen maar vragen niet naar eventuele bekkenbodemproblemen. Maar omgekeerd vraagt de bekkenfysiotherapeut niet altijd naar stemproblemen.
Bekkenfysiotherapeuten noemen de bekkenbodem vaak de ‘spiegel van de ziel’. Hoe bijzonder is het dan te vernemen dat de logopedisten hetzelfde zeggen over de stem en de stembanden……….. dat kan geen toeval zijn!
Ik liet 18 logopedisten totaal verrast achter en we zullen met elkaar zeker aan de slag gaan om meer van elkaar te leren.
En dat zal de patiënten van de bekkenfysiotherapeut en de logopedist alleen maar ten goede komen!